Drie tips voor goed opstijgen en afstijgen van een paard
Het op- en afstijgen is een belangrijk onderdeel van het paardrijden. Veel mensen besteden er weinig aandacht aan terwijl hier juist veel fouten gemaakt worden. Er zijn een aantal dingen die je kunt doen om het op- en afstappen zo makkelijk mogelijk te maken en soepel te laten verlopen. Lees je mee?
Laat je paard goed stilstaan
Zowel voor het op- als voor het afstijgen is het belangrijk dat je paard goed stil kan staan. Een paard wat draait of wegloopt maakt het voor jou als ruiter natuurlijk lastiger om snel en soepel op te stijgen. Stilstaan kun je oefenen aan de hand, door met je paard te stappen en hem meerdere keren te laten stilstaan op jouw commando. Pas als jij het teken geeft mag je paard verder lopen. Als je paard tijdens het op- en afstijgen niet stil wilt staan kun je iemand vragen om je paard even vast te houden. Zo kan hij het ook leren! Als je gaat opstijgen moet je paard ook in balans staan, dus met het gewicht redelijk verdeeld over vier benen (zo goed als vierkant). Als je paard niet in balans is zal hij sneller weg proberen te stappen als jij toch opstijgt.
Zorg dat je als ruiter zelf soepel en fit bent
Goed opstijgen vraagt wel wat souplesse van de ruiter. Je moet je been op kunnen tillen, over je paard kunnen tillen en dan in balans blijven, en vervolgens zacht in het zadel gaan zitten. Hiervoor heb je als ruiter een goede souplesse nodig. Je hoeft niet zo lenig te zijn als een turnster of een ballerina en je been in je nek kunnen leggen, maar je moet soepel genoeg zijn om zacht op te kunnen stijgen zonder in het zadel te ploffen. Als je zelf moeite ervaart met het op- en afstijgen kun je aan die souplesse werken door bijvoorbeeld yoga-oefeningen te doen.
Gebruik een krukje en laat je paard hieraan wennen
Voor het opstijgen is het verstandig om een krukje of opstapje te gebruiken. Het belang hiervan wordt steeds meer erkend. Vooral het opstijgen is een grote belasting op de rug van je paard. Als je opstijgt vanaf de grond hangt er een vrij groot gewicht aan de kant van het paard waar je opstijgt. Hierdoor trek je het paard eigenlijk steeds een beetje scheef en kan je paard lastig krijgen van spieren in en gewrichten in bijvoorbeeld zijn rug. Door een krukje te gebruiken is de eenzijdige druk veel kleiner, waardoor je je paard minder scheef trekt. Een paard moet wel wennen aan een krukje: sommige paarden vinden het in het begin een beetje spannend als er een krukje zo dicht naast ze staat. Oefen dit dus met je paard of pony!